Collega René reisde twee weken door het zuiden van Marokko en beleefde een onvergetelijke nacht in de Erg Cheggaga, pal tegen de Algerijnse grens. Lees hieronder hoe hij het heeft ervaren.
Omdat het nog tot laat in de middag warm is vertrekken we tegen vijf uur per jeep in de richting van de Erg Cheggaga. Onze aardige chauffeur Ibrahim spreekt redelijk Engels. De honderd kilometer naar M’Hamid rijden we over een goed geasfalteerde weg door de Draa-vallei, die hier breed en rotsachtig is, met weinig begroeiing. Slechts af en toe zien we een bosje met palmen. Het is verzengend heet, er waait een stevige warme wind.
Na ongeveer drie kwartier beklimmen we via enkele haarspeldbochten de Tiz'n Bensalmane. Boven op deze pas stoppen we kort voor het uitzicht en een foto. Dan is het nog een ruim halfuur naar M’Hamid door een desolate dorre vlakte. Er woedt een zandstorm. We passeren stoffige dorpjes met mannen in lange gewaden, tulbanden en zonnebrillen tegen het opstuivende zand. We spotten de eerste wilde kamelen. Marokko’s Wild East!
Om kwart voor zes komen we aan in M’Hamid. Hier houdt het asfalt op. Het voelt als het einde van de wereld. We rijden off-road verder. Twee uur lang volgen we een vaag spoor, nu eens soepel glijdend door golvende zandduinen, dan weer scheurend over knarsende rotsvlaktes. Behendig manoeuvreert Ibrahim de wagen door het uitdagende terrein: hij kent de route overduidelijk. We hebben het met hem getroffen. We houden kort pauze bij een verlaten kasba naast een waterbron.
Rond kwart over zeven uur doemen aan de horizon de eerste oranje zandduinen op van de Erg Cheggaga, het grootste en nog onaangetaste stuk Sahara dat Marokko rijk is. Een machtig gezicht! We rijden er recht op af. Uiteraard moet er regelmatig gestopt worden voor nog een foto. Een halfuur later stappen we uit onze jeep bij een van de woestijnkampen die magnifiek in de zandzee liggen.
We zijn precies op tijd, dus we strekken de benen om op zoek te gaan naar de beste plek om de zon te zien ondergaan. De hoogste duin blijkt een maatje te groot. Het wandelen valt hier in het mulle zand niet mee. Maar het maakt niet uit, de vergezichten over deze zee van golvend goud zorgen voor een onvergetelijke ervaring. De zon zakt al gestadig, de kleuren en schaduwen veranderen met de minuut. Een schitterend schouwspel. We zijn de enige bezoekers.
Na zonsondergang lopen we terug naar de bivouac, waar we berberthee met koekjes geserveerd krijgen op kussens onder een baldakijn. De temperatuur is inmiddels gedaald naar aangename waarden. De jongens van de bediening komen zich vriendelijk voorstellen en een praatje maken. Ook Ibrahim komt nog even peilen of we het naar onze zin hebben. Dat hebben we.
Ons tentenkamp blijkt veel minder primitief dan we dachten. We hebben een riante tent met een zithoek en een eigen badkamer. In de douche is zelfs koud én warm stromend water, er liggen verse handdoeken en er staan flesjes shampoo en douchegel. Het gigantische bed is opgemaakt met hagelwitte lakens om een donzen dekbed, het dikke matras is comfortabel zacht en er ligt een flinke hoeveelheid superschone kussens.
Er is elektriciteit in de tent, met lichtknopjes op de juiste plekken en stopcontacten om onze telefoons en camera’s op te laden. Verder staan er nog een dressoir met spiegel, een kapstok en leeslampjes op de beide nachtkastjes. Zo luxueus hadden we ons onze woestijnovernachting niet voorgesteld.
Om half tien mogen we plaatsnemen aan een romantisch met kaarsen ingedekte tafel voor twee. Onder een hemel van duizend-en-een-sterren wordt ons een uitgebreid driegangendiner geserveerd. De kwaliteit is verbluffend. Pas tegen middernacht kruipen we tussen de lakens om de volgende ochtend om zes uur weer naast ons bed te staan voor de zonsopkomst. Deze keer maken we het ons er gemakkelijk: de zandduin pal achter onze tent biedt al een gedenkwaardig plaatje.
Beneden aangekomen staat de ontbijttafel gedekt met een ruim assortiment van alles wat je ‘s ochtends maar zou willen eten en drinken. We staan versteld van al het lekkers dat er van over de zandheuvel aangedragen wordt. Een goed begin van een nieuwe reisdag. Daarna is het spullen pakken en wegwezen. Tegen achten stappen we weer bij Ibrahim in de 4WD om de terugreis naar Zagora te aanvaarden. De jongens van het kamp zwaaien ons uit.
De Erg Cheggaga is enkel per jeep vanuit Zagora te bezoeken. Als je wilt kun je je bezoek uitbreiden met een tocht per kameel. Het voor en najaar zijn de beste periodes voor een bezoek. In de winter kan het erg koud zijn en 's zomers juist weer erg heet.
YourWay2GO brengt je naar de Erg Cheggaga in de volgende rondreizen:
Marokko's kloven en woestijnen (10 dagen) & Alle smaken van Marokko (21 dagen)
Deze rondreizen kun je naar wens aanpassen door op het aantal dagen, de hotels en excursies te klikken.