Tijdens zijn eerste bezoek aan Marokko in 2004 stapte collega Arjo aan wal in Tanger. Deze eerste kennismaking met Marokko heeft hem nooit losgelaten en nog altijd heeft Tanger een bijzondere plek in zijn hart.
Bij het verlaten van de haven van Algeciras passeert de ferry de beroemde berg Gibraltar, vernoemd naar Tariq Ait Ziyad, de Berber die in 711 na Christus de oversteek in omgekeerde richting maakte en Spanje veroverde. Het Arabische jebel (berg) is verbasterd tot gibral en Tariq's naam teruggebracht tot tar. Daarna kiest de boot het ruime sop en reis ik over het nauwe stukje water dat Europa van Afrika scheidt naar Tanger.
Na anderhalf uur vaar ik de grootste haven van Afrika binnen. Aan boord heb ik al een stempel in mijn paspoort gekregen, dus ik kan zo van boord stappen. De haven is zoals elke haven, maar eenmaal de slagbomen gepasseerd rijst de medina rechts van me hoog op: ergens achter deze muur staat mijn eenvoudige hotel, aan het plein met de charmante naam Petit Socco.
De smartphone is nog niet uitgevonden dus vind ik al zigzaggend de weg in de medina 'op de tast', deels me de plattegrond die ik in de boot bestudeerde herinnerend, deels hier en daar de weg vragend, daarbij proberend de faux-guides te mijden. De straatjes en steegjes doen wat vervallen en verwaarloosd aan - inmiddels heeft Tanger een metamorfose ondergaan en weten steeds meer reizigers de stad te vinden.
Uiteindelijk kom ik aan op de Petit Socco, het piepkleine pleintje midden in de medina met het beroemde Café Central. Hier vandaan gaat een smal straatje vol met winkeltjes en kraampjes naar de Grand Socco, het grotere plein net buiten de oude poort. Een ander straatje klimt steil naar de tot museum omgebouwde kasba, met zijn statige ruimtes. Weer daarachter houdt de stad ineens op: slenterend over een smal paadje langs een groene afgrond kijk ik uit op de haven en de weg langs de kust beneden me.
De stadsmuren langs de buitenkant volgend kom ik bij de Grand Socco en wandel via de Place de France langs de Avenue Pasteur tot aan het treinstation. De moderne stad ontvouwt zich vertrouwd aan me, de brede winkelstraten gesierd met galeries en boetiekjes. Tanger is een stad om op je gemak te verkennen: het is niet voor niets dat er een plek is voor 'luiaards': La terrasse des paresseux.
Op de uitgestrekte stranden langs de brede Boulevard Mohamed VI zal het in de zomer een stuk drukker zijn dan nu het geval is: dit eerste bezoek aan Marokko speelt zich af in december 2004. Het is tijdens deze reis dat ik in een van de kioskjes langs de boulevard dankzij de voorpagina van een Nederlandse krant kennis maak met het tot dan toe onbekende woord tsunami.
Deze twee voornaamste gezichten, die van de oude medina en de moderne Ville Nouvelle, maken van Tanger een typisch Marokkaanse stad. Het zijn echter de dertig jaar tussen 1924 en 1956, toen Tanger een internationale zone was, die mij zo fascineren. Deze periode van tolerantie, diversiteit en vrijheid trok naast bedrijven, banken en meer dubieuze instanties en praktijken ook allerlei kunstenaars en schrijvers van over de hele wereld aan, van Henri Matisse tot Paul Bowles.
Tanger, op de hoek van Afrika en Europa, de Atlantische Oceaan van de Middellandse Zee scheidend, had een mysterieuze aantrekkingskracht. Al struinend door de stad passeer ik Café De Paris op Place De France, waar Francis Bacon en Truman Capote kwamen. Andere legendarische plekken zoals The Windmill op de Corniche en de Tanger Inn zijn inmiddels getransformeerd tot pizzeria of loungebar.
Mijn budget hotelkamer heeft geen badkamer, dus ik ga op zoek naar het publieke badhuis in een afgelegen steegje aan de rand van de medina. In een kraampje om de hoek koop ik een handdoek en een stuk zeep. De hammam is het tegenovergestelde van wat we ons er inmiddels bij voorstellen: een sfeervolle spa met zithoekjes, mooi gedecoreerde stoombaden, massagetafels en een kopje muntthee na.
Het met kale peertjes verlichte rijtje douchecabines doen nog het meest denken aan grootstedelijke zwembaden uit het begin van de vorige eeuw. In het portiek incasseert een jongeman het entreegeld en gaat buiten verder met roken. Na een kort bad wandel ik op mijn gemak terug naar de Petit Socco, bestel bij Café Central een espresso en maak in mijn hoofd een reisje terug in de tijd, toen Tennessee Williams en William Burroughs hier op het terras zaten.
Tanger is per vliegtuig te bereiken via een overstap in Casablanca. 's Zomers voert Royal Air Maroc ook rechtstreekse vluchten uit.
YourWay2GO brengt je naar Tanger via de volgende rondreizen:
Noord Marokko (12 dagen) & De Marokko mix (14 dagen)
Deze rondreizen kun je naar wens aanpassen door op het aantal dagen, de hotels en excursies te klikken.